Inleiding
Om uitwerking te geven aan Europese regelgeving[1] en de Wet milieubeheer[2] is in Nederland het “Besluit regeling voor uitgebreide producentenverantwoordelijkheid” van kracht geworden per 18 september 2020. Een en ander valt ook binnen de kaders van het “Beleidsprogramma circulair Textiel 2020 – 2025” van het ministerie van I&W dat in samenwerking met netwerkpartners[3] is opgesteld.
Voor vijf verschillende productgroepen (elektrische en elektronische apparatuur, batterijen en accu’s, autowrakken, autobanden, verpakkingen) zijn al regelingen geïntroduceerd waarin de UPV wordt geregeld.
Voor textiel is een regeling in de maak om UPV in te voeren en producenten ook verantwoordelijk te maken voor de afvalfase van de producten die zij op de markt brengen. Het gaat dan om de productgroepen consumentenkleding, bedrijfskleding en huishoud- en woningtextiel. De bedoeling is de regeling middels een AMvB per 2023 in werking treedt.
Doelstelling UPV Textiel
- Producthergebruik te stimuleren en zo levensduur van producten te verlengen en de aanschaf van nieuwe producten uit te stellen en te vervangen.
- Het aandeel materiaalhergebruik te vergroten en zo vezels te produceren die worden gebruikt in nieuwe (textiel)producten die op de markt worden gebracht en die virgin materialen in die producten kunnen vervangen.
- Een UPV-stelsel voor textiel introduceert hiertoe het ‘vervuiler betaalt’ principe: producenten/importeurs dragen de kosten van de afvalbeheersstructuur voor textiel.
- Doelstelling 2025: 50% afgedankt textiel wordt opnieuw ingezet voor producthergebruik of recycling (% mag gesplitst worden)
Algemene punten/begrippen
- Producent/importeur (PI): degene die beroepsmatig een textielproduct voor het eerst op de Nederlandse markt brengt.
- “in de handel brengen”: het maakt niet uit aan wie het product wordt aangeboden. Er is dus geen onderscheid tussen bedrijven of consumenten. (productie in Nederland, producten onder eigen naam in NL op markt, importeur).
- Producenten/importeurs moeten jaarlijks direct aan het ministerie, dan wel aan de producentenorganisatie opgeven hoeveel textiel zij op de Nederlandse markt hebben gebracht. Hierbij is op de markt gebracht beperkt tot de hoeveelheden voor verkoop in Nederland.
Wettelijk
- Er wordt nog een AMvB vastgesteld waarin de verantwoordelijkheden/doelstellingen voor producenten worden vastgelegd die per 2023 in werking zou moet treden. Branches willen ook een AVV-verklaring.
- Verdere uitwerkingen/invullingen zoals specifieke uitzonderingen, tarifering en tariefdifferentiatie, e-commerce en governancestructuur zijn nog niet 100% gereed
- Er moeten eerst nog internetconsultatie, advies van de Raad van State en een kabinetsbesluit volgen
Aanvullend/divers
- In het beleidsprogramma circulair textiel 2020 – 2025 wordt ook gesproken over het terugdringen van microplastics, een materialenpaspoort etc. Niet alleen voor kleding maar alle textiel.
- De staatssecretaris start na de zomer met een campagne met de bedoeling consumenten bewust te maken van de impact van fast fashion en (mede daarmee) bewust te maken van de voordelen van het kopen van de al bestaande kledingvoorraad.
Conclusie
- De positie van verhuurbedrijven van textiel is nog niet volledig duidelijk.
- Gaat binnen onze sector alleen bedrijven raken die zelf textielproducten direct uit buitenland importeren en hier op markt brengen of het zelf laten produceren en onder eigen naam op de NL-markt zetten.
Het secretariaat beschikt over een rapport inzake een onderzoek van Tauw met de titel “Naar een UPV voor textiel”.
[1] Richtlijn 2008/98/EG betreffende afvalstoffen (PbEU 2018, L 150)
[2] Wet milieubeheer: artikel 9.5.2, eerste lid
[3] Modint, INretail, Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), de Koninklijke Vereniging voor Afval- en Reinigingsmanagement (NVRD), de Vereniging Herwinning Textiel (VHT), Branchevereniging Kringloopbedrijven Nederland (BKN), Stichting Natuur en Milieu, Dutch Circular Textile Valley